Ik loop vaak s’morgens voor het ontbijt. Ik sta dan op , geef de katten te eten, drink twee glazen thee en trek de loopkleren aan. Zo ook vanmorgen. Om 07:00 uur ging ik de deur uit voor een rustige duurloop. De bedoeling was een duurloop in een voor mij rustig tempo wat ik voor mijn gevoel uren vol kan houden. Ik had wel de hartslagmeter om gedaan, maar wilde er onderweg niet op kijken. De eerste paar honderd meter vertrek ik altijd nog rustiger dan rustig om zo langzaam in mijn beoogde tempo te komen. Na zo’n km zat ik voor mijn gevoel in mijn bedoelde tempo van vanmorgen. Toch even stiekem op mijn hartslagmeter gekeken en zag dat die 110 slagen/min aangaf. Dit ligt onder mijn T1 hartslag, maar ik liep lekker, dus niets aan veranderen. Aan het eind van mijn ronde die 8,7 km was zag ik dat mijn gemiddelde hartslag gedurende deze training 112 slagen/min was. Dit ligt onder mijn T1 hartslag ( 115 – 122 ) Ik had dus een sub T1 duurloop gedaan. Het heerlijke van het lopen bij deze lage hartslag is dat ik niet moe wordt, geen honger of dorstgevoel krijg en ook niet gaat zweten. Daarnaast is het een heerlijk tempo om op je techniek te letten en op je ademhaling. Een rustige buikademhaling. Iedereen heeft zijn eigen voorkeurstraining en zo vind ik dit de lekkerste trainingen. Nou is het denk ik wel zo dat als ik alleen deze training zou doen mijn lichaam stijf en lui zal worden. Om die reden is het belangrijk om wel in verschillende tempo’s te trainen en daarom ga ik morgen een duurloop doen in T2. In maart zal daar dan ook de T3 en wat interval training bij komen. De ( sub ) T1 zal echter nooit uit mijn loopprogramma verdwijnen.