Terugblik 100 dagen 6,6 km

660.000 Hardlooppassen. 11 april, midden in de Coronacrisis, ben ik zonder dat ik het op dat moment wist aan mijn challenge van dagelijks 6,6 km hardlopen begonnen. Je mocht even de deur uit voor een frisse neus , maar moest wel afstand bewaren. Ik had een rondje vanuit huis waar dat prima kon. Een rondje dat ik eigenlijk al jaren loop en wat ik mijn route 66 noemde, want het rondje was 6,6 km. Na drie dagen dit gelopen te hebben kreeg ik het idee om dit dagelijks voort te zetten. De meningen over dit idee varieerden van gaaf tot idioot, maar ik was nieuwsgierig hoe het zou zijn om dit langere tijd dagelijks te doen. Zou ik fysieke grenzen tegen komen. Vermoeidheid, blessures. Zou ik mentale grenzen tegen komen. Motivatiegebrek, er tegen op zien. Vragen die je pas kunt beantwoorden als je het geprobeerd hebt. Zo begon ik dag 4 op 14 april en ben ik dag 100, op 19 juli gestopt.

Een altijd nors kijkende man zag ik opeens glimlachen. Ik weet niet of hij dat naar mij deed of om mijn gezichtsuitdrukking toen ik zag dat een wielrenner over mijn iphone dreigde te fietsen die op de weg stond voor een selfie. Een dame met wie ik een leuk gesprek had nadat ze mij aansprak op het feit dat ze mij elke dag zag lopen. Een gesprekje met een echtpaar dat buiten zat te ontbijten en mij vroegen wat ik aan het doen was toen ik een selfie bij hun huis aan het maken was. Een man die ik vaak tegenkwam, zijn hond uitlatend, die mij om advies vroeg. Hij wilde ook graag hardlopen , maar had last van zijn achillespees. Een paar van de mooie momenten tijdens deze 100 dagen.

Één van de grootste uitdagingen , misschien wel de grootste, was blessurevrij blijven. Nou is overbelasting de belangrijkste veroorzaker van blessures en dan heb je met 100 dagen achter elkaar hardlopen eigenlijk al een probleem. Ik besloot om te beginnen met 5 rustige trainingen en twee wat vlottere trainingen in de week. Daarnaast dagelijks wat rekken van kuiten en hamstrings en een paar keer in de week diezelfde spieren rustig masseren. Na dag 70 besloot ik om nog maar één vlotte loop in de week te doen. Ik voelde dat mijn kuiten niet helemaal herstelden en wilde geen risico nemen. Na dag 86 heb ik om diezelfde reden de vlotte loop helemaal niet meer gedaan en ben tot en met dag 100 blessurevrij gebleven.

Het blessurevrij blijven heeft er zeker toe bij gedragen dat ik gemotiveerd bleef. Als je een pijntje hebt dan denk je eerder van laat ik er maar mee stoppen. Eigenlijk nam de motivatie alleen maar toe naarmate de dagen verstreken. Meestal liep ik na mijn werk en het was dan heerlijk om na een dag binnen gezeten te hebben naar buiten te gaan. Dag 66 was, puur om het getal, even een moment van ga ik nu door, maar omdat het zo goed ging besloot ik door te gaan tot dag 100. Wel nam ik mij gelijk voor om dan ook te stoppen met mijn dagelijkse 6,6 km.

Hoe zit het dan met de vermoeidheid? Die is weg gebleven. Één van de belangrijkste reden hiervoor is denk ik de afstand. 6,6 km is voor mij een korte afstand. Ook als ik hem heel rustig loop ben ik binnen 45 minuten klaar. Ik denk dat als het 10 km was geweest er een grotere kans op vermoeidheid was geweest. Je bent dan al gauw dagelijks meer dan een uur aan het hardlopen. Een tweede belangrijke reden voor het uitblijven van de vermoeidheid is het plezier wat ik er in had. Hoewel ik bijna dagelijks hetzelfde rondje liep was het toch iedere keer anders. Vaak gebeurde er wel iets zoals de ontmoetingen die ik hierboven heb genoemd.

Terugkijkend vond ik het een geslaagd experiment wat in de toekomst zeker voor herhaling vatbaar is.

Ik wil al mijn volgers op twitter, facebook en instagram hartelijk bedanken voor het volgen en de leuke reacties die ik heb ontvangen. Dit heeft zeker bijgedragen tot het slagen van deze challenge. Dank.

Deze week mocht ik nog een mooie staande medaille met inscriptie ontvangen. Ook daar voor dank.

100

Nog één keer de kuiten pesten. Het bordje van 10% helling zie ik al verschijnen. We hebben er al wat stijgingen opzitten en iedere keer denk ik dat het de laatste is, wat dan weer net niet het geval is. Echter één ding weet ik wel, dit is mijn laatste dagelijkse 6,6 km hardlooprondje. Nummer 100. Als ik straks aan de koffietafel zit heb ik er 100 dagen opzitten waarop ik elke dag 6,6 km heb hardgelopen.

Vanmorgen vroeg de hardloopspullen gepakt en op weg gegaan naar Station Overveen. Hier had ik met loopmaatjes afgesproken. Zij hadden het plan opgevat om met mijn laatste 6,6 km mee te lopen. Een aanbod dat ik met beide armen omarmde. Gisteravond nog even op afstandsmeten.nl gekeken naar een 6,6 km route en of het zo moest zijn, een rondje dat ik vroeger vaker liep was met een klein lusje eraan 6,6 km. Verdwalen kon dus niet. Het was ook een waardig laatste rondje, over het Kopje van Bloemendaal.

We begonnen heel rustig en dan bedoel ik ook heel rustig. Ik hoorde iemand zeggen, dit tempo is best moeilijk. Al gauw liepen drie van ons een stukje voor. Ik weet niet of het toeval was , maar het waren wel de drie vrouwen van het groepje. Langzaam ging het tempo iets omhoog, maar al snel zakte het ook weer af want we begonnen aan de klim van het kopje. Boven gekomen liepen we gezellig pratend door. Af en toe een stukje naar beneden en af en toe een stukje omhoog. Het tempo hielden we laag zodat iedereen mee kon blijven lopen. Na afloop bleek het gemiddelde tempo 8,5 km/uur te zijn.

Dan breekt toch een spannend moment aan, nog 600 meter. Elke 100 meter telden we af en de laatste 100 elke 10 meter. 6,6 km. Klaar. Een applaus van mijn loopmaatjes kwam over mij heen. Een high five mag nog niet , maar complimentjes en bedankjes wel. Die werden dan ook rijkelijk uitgedeeld. Ik ontving de complimentjes en ik bedankte mijn loopmaatjes voor deze mooie afsluitende dagelijkse 6,6 km loop.

Na afloop was er weer een gezellige koffietafel.

In de blog van volgende week ga ik terugkijken op deze 100 dagen. Voor nu iedereen bedankt die mij op social media heeft gevolgd en voor alle reacties die ik tijdens en vandaag na afloop van mijn hardlooprondje heb mogen ontvangen.