The Cure knalde mijn oor in en deden mijn trommelvliezen als een idioot trillen. Mijn Applewatch was helemaal opgeladen en mijn vinger ging naar de tekst hardlopen buiten dat op het scherm stond. Voelde ik daar wat van spanning in mijn lijf? Het ging eigenlijk nergens over wat ik zou gaan doen. Er hing niets van af en heel bijzonder was het ook niet. Maar toch. Het was vrijdagochtend en Robert Smith van The Cure zong “It’s Friday I’m in love”.
Ik was s’morgens in de auto gestapt en naar de Amsterdams Waterleidingduinen (AWD) gereden. Toen ik nog in Haarlem woonde ging ik daar vaak naar toe om een rondje te gaan hardlopen, maar sinds ik naar Leiden verhuist ben is het mij eigenlijk te ver, behalve vanmorgen dan. Twee weken geleden had ik de 100 bruggenloop in Leiden meegedaan. Een loop van 19 km door Leiden waarbij je over 100 verschillende bruggen ging. Vrijdagochtend wilde ik daar nog twee kilometer aan plakken en dus een halve marathon lopen. Ik had in het verleden voor mijzelf een halve marathon in de AWD uitgezet over onverharde paden met lekker veel kleine heuveltjes en die wilde ik gaan lopen.
De laatste keer dat ik een halve marathon had gelopen was anderhalf jaar geleden. Dat was de halve marathon van Leiden. Mijn doel vrijdagochtend was om deze halve te lopen in een tempo dt ik noem “op souplesse snel”. Dit betekend een tempo dat snel ( voor mijn kunnen ) mocht zijn, maar waarbij ik de looptechniek goed kon houden, niet ging hijgen en niet ging werken. Kortom ik mocht mij niet kapot lopen. Ik was heel benieuwd wat dat voor tijd op zou leveren.
De tijd begon te lopen en daar ging ik. De eerste kilometer mocht niet te snel gaan. Het was een soort inloop kilometer. Deze eerst km ging in 5:52 min en was toen ik later terug keek mijn langzaamste km. Alles zat mee, mijn benen voelden goed, kwam gelijk een paar herten tegen, een bekende loper die gedag zei en ook het weer was helemaal top. Over de route hoefde ik niet na te denken, want die had ik al vaak gelopen. Na zo’n 2,5 km schrok ik wel even, want daar stond een manshoog hek. Gelukkig was het geen gesloten hek maar kon ik er gewoon door. Het tempo was ondertussen naar kilometers rond de 5:20 min/km gegaan. Het was alweer een tijd geleden dat ik zo hard gelopen had. Op de eerste open vlakte voelde ik een meevaller. Ik had wind tegen, maar dit betekende dus dat ik hem op de terugweg mee had. De route die ik liep was in een 8 vorm. Ik had twee bidons van een halve liter water bij me en elke vierde km dronk ik daar een kwart van. Het ging helemaal goed.
Na 14 km zag ik dat de snelheid was opgelopen naar zo’n 5:04 min/km, maar omdat ik nog steeds makkelijk liep besloot ik geen gas terug te nemen. Ik moet eerlijk bekennen dat ik niet verwacht had dat het zo goed zou gaan. Stiekem was ik al aan het rekenen geslagen en de uitkomst was dat ik als ik zo doorliep deze halve marathonafstand ruim binnen de twee uur zou lopen. Ik was ondertussen ook al mooi een soort van keerpunt voorbij en voelde regelmatig op de openen stukken dat ik de wind in de rug had. Geen harde wind, maar wel even lekker. Opeens was ik al bij een soort van markeerpunt. Dit was de plek waar ik vroeger, toen ik nog (marathon)trainingen gaf, de groep die ik trainde losliet. Ze mochten dan de laatste twee km versnellen als ze konden. Ik mocht van mijzelf ook los en leip de laatste twee km in een tempo onder de 5:00 min/km.
Na 21,1 km de tijd gestopt en zag 1:50:37 op het scherm staan. Dit was iets dat ik totaal niet verwacht had. Ik had al maanden niet in dit tempo gelopen. Wel veel gelopen, maar niet zo snel. Stiekem had ik vooraf gehoopt op een tijd net onder de 2 uur maar niet dit. Een paar honderd meter rustig uitgedribbeld en mijzelf daarna bij het restaurant dan bij de parkeerplaats was getrakteerd op een pannenkoek.
In mijn hoofd is zich na deze loop weer een nieuw loopdoel aan het ontwikkelen, maar daarover volgende week meer. Nu eerst nog nagenieten van deze ervaring.
