Ik had nog een zelftest in de kast liggen en ik voelde mij beroerd. Laat ik nog maar eens zo’n wattenstaafje in mijn neus en keel steken. Krijg ik twee streepjes te zien. Het coronavirus had mij uiteindelijk toch gevonden, alleen de timing kwam niet op een lekker moment want de marathon van Enschede stond in de agenda.
Dit was ruim drie week geleden. Een paar dagen koorts gehad en een week thuis in bed. Daarna nog een week gekwakkeld waarna vorige week eindelijk het herstel begon. Ik had nog een week te gaan voor de marathon. Na twee korte loopjes die redelijk tot goed gingen besloot ik vrijdag om wel af te reizen naar Enschede en daar te starten aan de marathon.
Ik had een plan van aanpak gemaakt. Vroeger liep ik nog wel eens een marathon onder de drie uur , maar nu twintig jaar later heb ik die ambitie allang losgelaten. De doelstelling was nu uitlopen zonder daar een tijd aan te koppelen. Ik zou in een voor mij heel rustig tempo, zo rond de 6:20 min/km, gaan lopen. Belangrijk was dat mijn ademhaling en hartslag rustig bleven en mocht dat niet het geval zijn dan zou ik onderweg de afslag naar de halve marathon nemen. Dat ik niet zoveel trainings kilometers had gemaakt baarde mij weinig zorgen. Na de tientallen marathons die ik had gelopen vertrouwde ik erop dat mijn lichaam de marathon knop zou vinden.
Zo stond ik aan de start. Ik had positie gekozen tussen de pacers (tempolopers) van 4:15 en 4:30 uur. Die van 4:15 uur mocht ik niet inhalen en die van 4:30 uur zouden mij wel ergens gaan inhalen, want ik had al zoveel gedronken voor de start dat ik zeker meerdere plas pauzes onderweg zou hebben. Het startschot heb ik gemist , maar opeens begonnen we te lopen.
De eerste 5 km gingen ondanks mijn verwoede poging om rustig te lopen toch iets te snel. Zo rond de 6:05 min/km. Bij km 5 een dixie ingedoken voor de eerste plas. Dit was gelijk even een mooie stop om het tempo te breken want de kilometers daarna gingen in mijn geplande tempo. Mijn ademhaling bleef rustig, mijn hartslag bleef zo rond de 130 en ik had er plezier in.
Bij mijn derde plaspauze, tevens mijn laatste, na 15 kilometer werd ik ingehaald door de pacers van de 4:30 uur eindtijd. Ik sloot hierbij aan. Ik voelde mij prima en kon regelmatig nog een praatje maken. De verleiding was er wel even, omdat ik mij zo goed voelde, om sneller te gaan lopen maar de doelstelling was uitlopen en door bij deze pacers te blijven zou dat zeker lukken. Tussen de 38 en 39 kilometer raakte ik de pacers toch kwijt. Volgens mij gingen zij nog wat drinken en ik niet. Met nog maar drie kilometer te gaan besloot ik het tempo toch iets op te voeren en kwam na 4:26:49 uur over de finish. Helemaal tevreden.
Nu, een dag later, heb ik weer die fijne spierpijn in de bovenbenen die hoort blij het voltooien van een marathon. Ik kijk met veel plezier terug en er zal zeker een volgende marathon volgen.
