Enschede marathon

Ik had nog een zelftest in de kast liggen en ik voelde mij beroerd. Laat ik nog maar eens zo’n wattenstaafje in mijn neus en keel steken. Krijg ik twee streepjes te zien. Het coronavirus had mij uiteindelijk toch gevonden, alleen de timing kwam niet op een lekker moment want de marathon van Enschede stond in de agenda.

Dit was ruim drie week geleden. Een paar dagen koorts gehad en een week thuis in bed. Daarna nog een week gekwakkeld waarna vorige week eindelijk het herstel begon. Ik had nog een week te gaan voor de marathon. Na twee korte loopjes die redelijk tot goed gingen besloot ik vrijdag om wel af te reizen naar Enschede en daar te starten aan de marathon.

Ik had een plan van aanpak gemaakt. Vroeger liep ik nog wel eens een marathon onder de drie uur , maar nu twintig jaar later heb ik die ambitie allang losgelaten. De doelstelling was nu uitlopen zonder daar een tijd aan te koppelen. Ik zou in een voor mij heel rustig tempo, zo rond de 6:20 min/km, gaan lopen. Belangrijk was dat mijn ademhaling en hartslag rustig bleven en mocht dat niet het geval zijn dan zou ik onderweg de afslag naar de halve marathon nemen. Dat ik niet zoveel trainings kilometers had gemaakt baarde mij weinig zorgen. Na de tientallen marathons die ik had gelopen vertrouwde ik erop dat mijn lichaam de marathon knop zou vinden.

Zo stond ik aan de start. Ik had positie gekozen tussen de pacers (tempolopers) van 4:15 en 4:30 uur. Die van 4:15 uur mocht ik niet inhalen en die van 4:30 uur zouden mij wel ergens gaan inhalen, want ik had al zoveel gedronken voor de start dat ik zeker meerdere plas pauzes onderweg zou hebben. Het startschot heb ik gemist , maar opeens begonnen we te lopen.

De eerste 5 km gingen ondanks mijn verwoede poging om rustig te lopen toch iets te snel. Zo rond de 6:05 min/km. Bij km 5 een dixie ingedoken voor de eerste plas. Dit was gelijk even een mooie stop om het tempo te breken want de kilometers daarna gingen in mijn geplande tempo. Mijn ademhaling bleef rustig, mijn hartslag bleef zo rond de 130 en ik had er plezier in.

Bij mijn derde plaspauze, tevens mijn laatste, na 15 kilometer werd ik ingehaald door de pacers van de 4:30 uur eindtijd. Ik sloot hierbij aan. Ik voelde mij prima en kon regelmatig nog een praatje maken. De verleiding was er wel even, omdat ik mij zo goed voelde, om sneller te gaan lopen maar de doelstelling was uitlopen en door bij deze pacers te blijven zou dat zeker lukken. Tussen de 38 en 39 kilometer raakte ik de pacers toch kwijt. Volgens mij gingen zij nog wat drinken en ik niet. Met nog maar drie kilometer te gaan besloot ik het tempo toch iets op te voeren en kwam na 4:26:49 uur over de finish. Helemaal tevreden.

Nu, een dag later, heb ik weer die fijne spierpijn in de bovenbenen die hoort blij het voltooien van een marathon. Ik kijk met veel plezier terug en er zal zeker een volgende marathon volgen.

Oude man

Vanmorgen sprak een collega mij aan. Tijdens haar prikrondje op de afdelingen van het ziekenhuis waar ik werk vertelden twee patiënten haar hetzelfde verhaal. Ze vertelden dat zij altijd moeilijk te prikken waren voor een bloedafname, maar dat afgelopen weekend een oude man langs was gekomen die het in één keer was gelukt. Die oude man was ik. Een bloedafname doen gaat mij dus blijkbaar nog goed af. Ben benieuwd of ik aan het eind van dit jaar kan zeggen dat hardlopen mij ook nog goed af gaat.

Wat zijn mijn hardloop plannen voor dit jaar? Om te beginnen wil ik een marathon lopen. Afgelopen december had ik dat willen doen in Leeuwarden, maar een knie die ik tegen een tafelpoot had gestoten zorgde ervoor dat mijn voorbereiding niet kon zijn zoals ik dat wilde. Vorige week heb ik een beetje rondgekeken op de Nederlandse marathon kalender en kwam daar een paar leuke tegen. De eerste die ik tegenkwam was de marathon van Enschede op 16 april. Dit wordt de 75e editie en is, naar ik ergens gelezen heb, de oudste marathon van Nederland.

Vandaag is het 16 januari, dus heb ik drie maanden de tijd om mij op deze marathon voor te bereiden. Dat is een mooi overzienbare periode. Voor iemand die net begint met marathon lopen is deze periode misschien wat krap, maar ik heb er tientallen gelopen en ik pik natuurlijk nog een stukje van de Leeuwarden marathon voorbereiding mee.

Hoe gaat deze oude man de voorbereiding dan invullen? Vooral met duurlopen in een rustig tot gematigd snel tempo. Hiermee bedoel ik , voor de hartslaglopers, zone 1 t/m 3. (Hartslag tot maximaal 140) Lekker variërende trainingen in deze zones. Als ik een inschatting maak zal dit zo’n 90% van de totale trainingsomvang bedragen. De resterende 10% mogen trainingen zijn in zone 4. (Hartslag tot maximaal 150)

Waarom zo weinig in zone 4 en geen zone 5? Daar zijn twee redenen voor. Ten eerste gaat het mij vooral om het uitlopen van de marathon. Een PR (2:48) zit er niet meer in 😀 Ten tweede denk ik dat zone 4 en 5 de meest blessuregevoelige zones zijn en dat met name de leeftijd hierin een rol speelt. Ik ben geen twintig meer maar zestig . Daarnaast zal de herstelperiode na een zone 4 training naarmate de leeftijd vordert ook langer zijn en omdat ik hardlopen leuk vind komen al die herstelperiodes, als ik meer zone 4 trainingen doe, mij niet goed uit. In herstelloopje geloof ik niet, maar daarover een andere keer meer.

De Enschede marathon dus. Vandaag gelijk begonnen met de voorbereiding. Een rustige duurloop van 7,5 km met een gem hf van 109.

NB. Mijn collega heeft ook prima geprikt.

Betonloop

De ruitenwissers moesten vanmorgen even op dubbele snelheid toen ik naar de Amsterdamse Waterleidingduinen (AWD) reed. Dat ging nog wat worden straks, want ik had voor vandaag een lange duurloop ingedachten waarbij ik weer eens de 30 km aan wilde tikken. Met in mijn hoofd van erger dan dit kan het niet worden, wat nu valt, valt straks niet en je lijdt het meest van dat wat je vreest, vervolgde ik rustig mijn weg. Aangekomen bleek ik niet de enige te zijn die de duinen in wilde. De parkeerplaats was al goed gevuld. Nog 5 minuten in de auto gezeten, want buienradar gaf aan dat het dan iets minder hard zou gaan regenen en toen op pad.

Zoals gezegd wilde ik vandaag de 30 km aantikken in voorbereiding op de Wintermarathon Leeuwarden zaterdag 24 dec en in de route had ik ook het betonplaten pad opgenomen. Dit is een pad dat voor mij een zekere uitdaging heeft, maar waar ik ook een bloedhekel aan heb. Ik heb het hier over een pad ( of weg ) in de AWD dat bestaat uit betonplaten. Het is een pad van bijna 7 km lang en gaat alleen maar rechtuit. Je begint eraan, maar kan pas laat het einde zien omdat er regelmatig vals plat inzit waarvan de top dan iedere keer net te hoog is om over heen te kijken. Het bestaat uit twee rijen betonplaten en elke plaat heeft een lengte van zo’n 5 meter. Het gevaar zit hem in de aansluiting van de platen. Soms gaat het een tijdje goed , maar dan is er opeens een plaat die een stukje boven de vorige plaat uitsteekt en als je niet oplet ga je dan mooi plat. Als laatste voel je dat beton hard is en volgens mij ook harder als asfalt en een tegelpad. Als je daarvoor net een paar kilometer je lichaam verwent hebt met onverharde paden komt de klap dubbelhard aan. Toen ik vroeger met een marathongroep hierover heen ging hoorde ik al snel de opmerking “we krijgen weer een mentale training “. Zo’n pad is het dus.

Ik had vandaag wel zin in zo’n mentale training en dat gecombineerd met mijn eerste 30 km na jaren sloeg ik twee vliegen in één klap. Ik had wel besloten om hem van zuid naar noord te lopen zodat ik de wind van achteren had. Een gevolg daarvan was dat ik in de kilometer die aan het eind van het pad begon nog wel vier pittige heuveltjes moest nemen. Voordat ik aan het pad begon had ik er al 14 kilometer opzitten. Toen ik het pad en de kilometer met de kuitenbijters achter mij had restte mij nog 8 km over onverharde paden. Ook hiervan is niets vlak, maar na het voorgaande vielen die voor mij in het niet.

Ik kijk terug op een fijne duurloop die in de regen begon maar droog eindigde. Waarin een voor mij mentaal pittig stuk in zat, maar waar de teller na afloop ruim 31 km aangaf. Volgende week mag ik weer een snellere halve marathon afstand lopen.

Joggende hardloper

Gisteren weer een halve marathon afstand in de duinen gelopen. Het was een stuk rustiger dan vorige week. De herten waren klaar met het burlen, wat meteen betekende dat het aantal fotografen meer dan gehalveerd was. In het begin voelden mijn kuiten nogal stijf en besloot ik rustig te beginnen. Over de eerste kilometer deed ik dan ook bijna 7 minuten. Mijn kuiten gingen steeds prettiger aanvoelen en het tempo kon omhoog naar rond de 5:30 min/km (10,9 km/uur). Er kwam mij een groepje wandelaars tegemoet en één zei “pas op, er komt een hardloper aan”.

Ik moest denken aan mijn doordeweekse duurloopjes. Die gaan een stuk langzamer. Zo liep ik dinsdag 7,5 km/uur met een gem hf van 104, woensdag 7,6 km/uur met een gem hf van 105 en donderdag 7,8 km/uur met een gem hf van 101. Praat je hier dan ook over hardlopen. Het is wel een tempo dat je niet wandelt , maar een snelwandelaar draait hier waarschijnlijk niet zijn hand voor om. Ik had die week op twitter gezet dat ik een rondje gejogd had, omdat ik terug moest denken aan eind jaren 70 begin jaren 80 toen het joggen overgewaaid was uit Amerika en hiermee volgens mij de huidige hardloopgolf mee begonnen is.

Ik heb het van Dale erop nageslagen en hierin staat dat dat joggen betekend hardlopen, voor recatie en als conditietraining. Dit betekend dus dat joggen ook hardlopen is. Hoef ik de naam van mijn blog niet te veranderen in htjogger. Bij hardlopen staat in het van Dale om het snelst lopen, een tijdlang snel lopen. Dat laatste is dus wat ik gisteren heb gedaan. Er staan op internet ook allerlei snelheden waaraan de naam jagen of hardlopen gekoppeld is. Zo zou je bijvoorbeeld onder de 8 km/uur aan joggen doen en daarboven aan hardlopen. Een andere site noemt 10 km/uur als grens.

Ik beleef aan alle snelheden plezier, of dit nu langzaam of snel is. Dit laatste is natuurlijk voor iedereen verschillend. Zo zal de Keniaan Kipchoge die recent een wereldrecord op de marathon 12 km/uur langzaam vinden, terwijl dat voor een ander sprinten is. Naast dat ik het leuk vind om in dat langzame tempo te lopen denk ik ook dat het voor mij helpt om blessure vrij te kunnen blijven hardlopen. Natuurlijk speelt ook een rol dat ik geen wedstrijd loper ben en het vooral doe omdat ik er plezier aan beleef en voor mijn gezondheid. Bij dat laatste kun je natuurlijk een vraagteken zetten als je , zoals ik van plan ben, een marathon wilt gaan lopen.

Gisteren heb ik in de duinen een halve marathon gelopen in 1:54: 33. Dit is een snelheid van 11,1 km/uur met een gem hf van 144. Ben ik nu een hardloper of een jogger. Misschien wel een joggende hardloper.

HT Runner Leeuwarden marathonschema

Ik heb me ingeschreven voor de Wintermarathon Leeuwarden op zaterdag 24 december. Na 5 jaar marathonrust is het weer begonnen te kriebelen en heb ik zin om weer aan een marathonavontuur te beginnen. De laatste die ik gedaan heb was in 2018 in Köln. Nu dus wat dichter bij huis.

De inschrijving is gedaan, nu nog de trainingen. Ik heb in de agenda gekeken en er resten nog 9 weken voor de start. Als ik op mijn laptop het mapje persoonlijke schema’s open maak dan krijg ik tientallen marathonschema’s te zien die ik in het verleden voor lopers gemaakt heb. In grote lijnen zijn deze schema’s allemaal op dezelfde manier opgebouwd. Drie weken opbouw, één week rustig, drie weken opbouw enz. Ik zou iets kunnen bedenken van twee weken opbouw, één week rust voor de 9 weken die ik nog heb, maar ik wil het eens anders doen.

Het idee komt voort uit de twee wat snellere halve marathons die ik de afgelopen weken heb gelopen. Dit waren geen officiële wedstrijden, maar een halve marathonafstand die ik in de duinen had uitgezet. Daar wil ik wat mee gaan doen. Een tweede training die ik graag wil doen is de lange duurloop. Hiermee bedoel ik duurlopen langer dan 21 km. Het plan dat ik heb is om deze twee om de week te doen. Dit houdt in de ene week een snellere halve marathon, de week erop een lange duurloop, een snellere halve enz. Het tempo van de snellere hm omschrijf ik als op souplesse snel. Dit betekend een snel tempo dat ik zonder te werken vol kan houden, mijn techniek kan houden, nog oog heb voor de omgeving en dus na afloop niet als een hijgend paard over een balk hang. Het tempo van de lange duurloop ligt lager en omschrijf ik als een rustig praattempo.

Ik denk dat dit voor mij best ambitieus is omdat ik de afgelopen jaren geen tot weinig lange lopen heb gedaan en daarom zijn de doordeweekse trainingen ook anders dan in al mijn gemaakte schema’s. Om overbelasting te voorkomen doe ik nog drie doordeweekse trainingen van 7 km. Het tempo van deze doordeweekse loopjes omschrijf als kan niet langzaam genoeg . Ik sluit het trainingsprogramma af met een snelle 10 km het weekend voor de marathon .

Gisteren de eerste duurloop kilometers naar Leeuwarden gedaan. 25 km in de duinen over onverharde paden. Voor het eerst na 5 jaar weer zo’n lange duurloop, maar merkte dat mijn lichaam het nog niet verleerd had. Na ruim 2,5 uur kon ik tevreden terugkijken op een fijne training.

Toekomst 66

Een slagschip op wielen passeerde mij op een meter afstand, een lucht van diesel achterlatend. Als ik omkeek kon ik de hoogbouw van Chicago nog zien, maar ik moest niet omkijken. Mijn eindpunt lag voor mij. Santa Monica, Los Angeles. Hier liep ik nu, hardlopend langs een snelweg met zo af en toe een passerende truck van enorme afmeting waar ik bijna onderdoor kon kijken. De reis was begonnen.

Het bovenstaande zou zomaar de eerste alinea kunnen zijn van het boek dat ik zou willen schrijven. Misschien dat er bij sommigen bij het lezen van de plaatsnamen een belletje gaat rinkelen, maar voor degene bij wie dat niet gebeurd, het gaat hier over Route 66 . Iedereen heeft wel iets wat hij in zijn/haar leven eens wil doen. Voor mij is dat Route 66, maar dan niet in een auto , motor of op de fiets. Nee, ik zou hem hardlopend willen doen en daar een boek over schrijven. Waarom, ik weet het niet, maar soms wil je gewoon iets.

Er zijn nog wel een paar kleine dingetjes waar ik over na moet denken en die ik nog moet uitzoeken. Is het om te beginnen wel toegestaan om overal op de route te mogen hardlopen. De route is 3940 km lang. Ik loop sinds kort dagelijks 6,6 km (hier meer over in de blog volgende week) wat betekend dat ik er dan 597 dagen over zou doen. 6,6 km is wel een mooie dagafstand voor route 66, maar het gaat dan wat lang duren. 66 km kan ook , maar dat is misschien wat te hoog gegrepen. Ben dan wel in 60 dagen klaar. Ik kan er natuurlijk ook 66 dagen over doen, wat 59,7 km per dag betekend. Nadeel hiervan is dat als je een mindere dag hebt, je de volgende dag bijna een topdag moet hebben. Dan nog de vraag wanneer? Om bij het getal 66 te blijven zou ik het op 66 jarige leeftijd moeten doen. Misschien mag je tegen die tijd weer iets vroeger met pensioen en heb ik alle tijd en kan ik die 6,6 km doen. Dit zijn dus nog wat voorbereiding dingetjes (deze en meer), maar daar heb ik nu wel alle tijd voor , want in dit Corona tijdperk kom je niet eens de grens over.

Stiekem ben ik wel begonnen met een soort van voorbereiding. Ik loop nu dagelijks 6,6 km en zit nu op dag 9. Het schrijven oefen ik in deze blog. Dat laatste behoeft nog wat scholing, maar daar is nu ook tijd voor. Nu eens kijken of ik dit toekomst 66 idee werkelijkheid kan laten worden.

Slachtemarathon

Een keer in de 4 jaar gebeurt er iets bijzonders op en om de eeuwenoude Slachtedyk. Ruim 15.000 wandelaars en hardlopers maken een tocht van 42 kilometer over deze voormalige dijk. Ze genieten onderweg van kunst, cultuur en het landschap om hen heen.” Dit lees ik op de site van de Slachtemarathon en het begint gelijk te kriebelen. Als ik verder lees zie ik dat er 1750 hardlopers mee mogen doen. Oeps, hoeveel zullen zich al ingeschreven hebben? Zaterdag 13 juni. De agenda pakken. Er staat niets in. Mijn geheugen verteld me ook geen bijzonderheden op die dag. Nou zegt dat laatste niet alles, maar ik vertrouw er wel op. Nog even tot tien tellen en de knoop doorhakken. Inschrijven.

Ien kear yn de fjouwer jier bart der wat spesjaals op en om de iuwenâlde Slachtedyk.” Dit is de eerste zin van deze blog maar dan ik de taal van het gebied waar de Slachtemarathon wordt gelopen. Dat is namelijk in Friesland. Voor zover ik mij kan herinneren ben ik in mijn hele leven slechts twee keer in Friesland geweest, dus het wordt ook wel weer eens tijd om dat stuk van Nederland te bezoeken. Misschien nog wel even het boekje wie, wat en hoe in het Fries kopen.

Tja, en dan de voorbereiding. Op dit moment zit ik deze blog te tikken met een snotterige neus., Dit , en een flinke verkoudheid, duurt nu al 14 dagen en heb dus ook al 14 dagen niet gelopen. De komende dagen zal ook niet veel van hardlopen komen verwacht ik. Je zou kunnen zeggen dat de voorbereiding nu al in duigen valt, maar zo zie ik het niet. Ik heb al tientallen marathons gelopen en verwacht dat mijn lichaam een ingekort schema aankan. Daarnaast hoef ik geen pr te lopen, maar wil vooral genieten van de loop en alles er om heen. Het gaat een voorbereiding worden van 10 weken beginnende op maandag 6 april. Dat moet genoeg zijn om deze marathon binnen de gestelde tijdslimiet van 5:30 uur te kunnen volbrengen. Het schema gaat bestaan uit twee blokken van 4 weken met afsluitend 2 weken puntjes op de i trainingen. Meer over het schema als ik er aan ga beginnen.

Maar één keer mijn neus gesnoten tot nu toe. Het gaat de goede kant op. Dat wordt tijd ook want de bodem van het kilopak zakdoekjes komt in zicht. De maand maart gebruik ik als herstelmaand. Het heeft volgens mij helemaal geen zin om te gaan forceren. Laat mijn lichaam eerst maar eens goed herstellen van deze behoorlijke infectie. Geen zware fysieke inspanning , wat hardlopen is, maar beginnen met rustige korte wandelingen.

De foto hieronder is enige tijd geleden genomen. Ik neem hier een oefenvlog op met mijn iphone se. Ik wil gaan kijken hoe het is om te gaan vloggen en daar in april mee beginnen. Kan ik jullie mooi naast deze blog ook met een vlog over de marathontrainingen op de hoogte houden.

Plannen

Nog even en dan zijn ze er weer. Ze stellen eigenlijk niet veel voor, maar genoeg voor een portie ellende. Het gemene is dat je ze de eerste keer niet ziet aankomen. Op het moment dat je ze ziet kunnen ze je al te grazen nemen. Ik ken ze echter ondertussen. Na zo’n 20 ontmoetingen weet ik hoe ze moet benaderen. Of beter gezegd ontwijken. Ik heb het hier over een paar boomwortels die naar boven zijn gegroeid en het asfalt opgestuwd hebben. Ze liggen gelijk na een en bocht en als je je voeten niet genoeg optilt dan kun je aan ze ruiken. Ik zal ze nog een tiental keer ontmoeten, hoop ik, en dan is het klaar. De 6 uur zitten erop..

Dit zou zomaar eens de eerste alinea kunnen zijn in een blog van volgend jaar. 2019 zit er bijna op en het is leuk om plannen te maken voor volgend jaar. Of ik die plannen dank ga uitvoeren is nu natuurlijk onzeker, maar het is gewoon leuk om plannen te maken. Zo moest ik afgelopen week denken aan een 6 uur loop bij mij om de hoek in de Haarlemmermeer. Vroeger heb ik die een paar keer als lid van een estafetteteam gelopen, maar het lijkt mij ook leuk om een keer als sololoper mee te doen. Dit past ook helemaal in mijn plan om uit te zoeken hoelang / -ver ik kan lopen in een rustig tempo. Voor de duidelijkheid, ik heb het hier niet over wandelen , maar over hardlopen.

Een ander plan is om in het najaar met een groep een marathon te gaan lopen. Twee jaar geleden heb ik na de marathon van Keulen gezegd dat ik geen stadsmarathon meer ga doen, maar de gezelligheid van een groep om een weekend op pad te gaan naar een , het liefst onbekende, stad om daar te gaan lopen en lol te hebben is te verleidelijk om nee te zeggen. Ik kijk wel uit naar een marathon, waarbij de eerste reaktie van mensen is, als ik zeg ” ik ga de marathon van. ……….. lopen” , WAAR ?

Laat ik nog even kort terug kijken naar 2019. Het is een fijn loopjaar geweest. Geen blessures en alle loopdoelen behaald. Dat laatste was makkelijk, want ik had geen doelen. Nou ja, blessurevrij blijven en dat is gelukt. Het afgelopen jaar ook twee keer een Weekmarathon gedaan. Ik vond het leuk dat her en der in het land lopers dit via social media hadden opgepakt en met mij meededen. Komend jaar ga ik dit zeker weer een paar keer doen. Dit jaar ben ik weer wat meer met getallen gaan lopen zoals hartslag en snelheid. Ik heb hiervoor mijn Apple Watch gebruikt en dat is mij prima bevallen. Dit ga ik zeker het komend jaar ook doen. Afgewisseld met vrij lopen.

Vanmorgen was weer een heerlijke ochtend om te gaan hardlopen en luisterend naar de top 2000 kwamen nog vele plannen voor 2020 in mij op. Heerlijk.

Ik wens iedereen een fijn 2020.

Weekmarathon september 2019

Het is dag twee van mijn Weekmarathon . Ik zit in een lekker tempo en loop over het Manpad langs het Spaarne. Nog een kleine twee kilometer en dan zit mijn dagetappe erop. Opeens hoor ik een flink geritsel in het struikgewas achter mij. In een reflex kijk ik over mijn schouder. In een halve seconde zie ik dat er niets bijzonders is. In de andere halve seconde voel ik mijn hele lichaam naar de grond gaan. Ik lig languit op het verharde pad. Even blijven liggen om na te gaan wat er gebeurd is. Achter mij zie ik een paar boomwortels die het asfalt omhoog gestuwd hebben. Daar moet ik over gestruikeld zijn terwijl ik omkeek. Ik loop mijn lichaam langs of ik niets gebroken heb. Het lijkt allemaal mee te vallen. Wat schaafwonden op mijn hand. Het enige wat mij zorgen baart is de bonkende plek boven mijn rechteroog . Ik ben niet duizelig, weet waar ik ben en weet welke dag het is. Ik voel alleen wat over mijn gezicht stromen en een handveeg maakt algauw duidelijk dat het bloed is. Als ik opsta wordt ik niet duizelig. Een goed teken. Wandelen gaat ook goed en ik pak het hardlooptempo weer op, mijn rondje uitlopend naar huis. Met een washandje, dat ik bij me heb, veeg ik het bloed uit mijn gezicht. Thuis voorzichtig in de spiegel gekeken. Je weet niet wat je kan verwachten. Het valt mee, maar zal de komende dagen wel met een blauw oog lopen.

Afgelopen week heb ik dus mijn tweede weekmarathon gedaan en heb via social media lop(st)ers uitgenodigd om mee te doen. Hoeveel er meegedaan hebben weet ik niet, maar ik kreeg / zag regelmatig berichten van lop(st)ers die meededen.

Ik heb deze weekmarathon gelopen alsof ik een “gewone” marathon deed. Dat betekend rustig beginnen. De eerste kilometers zijn meestal de langzaamste kilometers. Zo ook nu. Na de valpartij op dag 2 was het even onduidelijk hoe het verder zou gaan, maar deze heeft geen roet in het eten gegooid. Wel ben ik vanaf dag 3 het rondje andersom gaan lopen en had nu het Manpad in het begin. Dag 3 en 4 gingen zonder problemen. Steeds een beetje sneller. Dag 5 probeerde een klein keffertje nog roet in het een te gooien door aan mijn rechterkuit te gaan hangen, maar dit liep goed af. Leuk was het om dagelijks op social media de berichten te lezen van de lop(st)ers die meededen. Vaak met een foto erbij. Sommigen hadden een alternatief bedacht. Zo liep een loopster vandaag een 5 km wedstrijd en dus had ze een andere dag 7 km gelopen. Een andere was vorige week zondag begonnen en gisteren geëindigd. Helemaal goed. Ook kreeg ik een bericht van iemand die door het idee van de weekmarathon weer begonnen is met hardlopen. Had een nieuwe uitdaging nodig.

Vanmorgen dus de laatste etappe. Ik had er zin in en wilde kijken of ik er mijn snelste van kon maken. Geen geritsel in struiken, geen keffertjes, goed loopweer en een goede nachtrust maakten dat dit ging lukken. De laatste, de snelste.

Ik hoop dat een ieder die deze weekmarathon gedaan heeft er net zoveel plezier aan beleefd heeft als ik.

De volgende weekmarathon die ik doe is in januari 2020.

Twijfel

Het was donker, windstil, de krekels waren in het park helemaal losgegaan en de warmte was nog volop als hittegolf aanwezig. De poes had zich net ook het balkon opgesleept en zich op de stoel tegenover mij omhooggetrokken en had zich laten vallen op het kussen en al en tijdje niet bewogen. Ik was op mijn iPad met een aantal mensen wordfeud aan het spelen toen mijn gedachten afdwaalden naar een appje dat ik had ontvangen. Het was van een loopmaatje. Of ik zondag zin had om een duurloop van 20 km mee te lopen. Nou ben ik altijd wel in voor een duurloop dus ik had gelijk een appje teruggestuurd , leuk, ik ben er, maar moest nu ik hier zo op mijn balkon zat toch aan de temperatuur denken. Het zal toch niet zo….. , nee het moest een keer afkoelen. Wat dus ook gebeurde.

Vanmorgen dus naar de duinen gegaan voor de 20 km. We zouden om 08:00 uur beginnen. Het was nog een beetje onduidelijk hoeveel loopmaatjes er mee zouden lopen, maar uiteindelijk waren we met z’n vieren. De temperatuur was prima. Er stond een licht windje en de zon was verscholen achter de wolken. Ideaal voor een 20 km duurloop. De drie loopmaatjes waren in voorbereiding op de Amsterdam marathon en net met hun schema begonnen. Hoewel het allen ervaren lopers zijn was er toch enige twijfel over deze 20 km. Hoe zou dat gaan, want ze hadden al in geen tijden de 20 km meer aangetikt. Al pratende over de twijfel , over het schema, over een duurloop verderop in het schema niet kunnen doen, liepen we de kilometers weg.

Na 9 km kwamen we bij het eerste kraantje, want bij het uitzetten van de route had ik toch in mijn achterhoofd gehad de temperatuur en de route zo gepland dat we langs twee kranen kwamen. De eerste 10 km zaten erop en iedereen voelde zich nog goed. Toen kwamen de verhalen dat je eigenlijk altijd meer kunt dan je denkt, ondersteunt uit ervaringen van eerdere marathons die ze gelopen hadden. Zo liepen we lekker door. Het was zeker geen makkelijke route. Afwisselend verhard, onverhard en menig onverhard pad was door de droogte zanderig geworden. Ook zaten er flink wat heuvels in, maar met mijn argument als ze dit parcours konden lopen ze in Amsterdam over het asfalt zouden vliegen begonnen we aan de laatste kilometers. Alle twijfel over het kunnen uitlopen van de 20 km was verdwenen. Ook het extra lusje waar nog een pittig stukje omhoog in zat werd zonder morren genomen. Nou ja, één loopmaatje had even een zetje in de rug nodig, maar toen de koffietafel in zicht was deed ze er een tandje bovenop en kwam als eerste aan. Je kunt meer dan je denkt

Ik moest tijdens het lopen denken aan het boek van Joris dan denBergh – Mysterieuze Krachten in de Sport. Vanmorgen heb ik daar weer een mooi voorbeeld van gezien.